Het antwoord op deze meest gestelde vraag is standaard maar waar: Op mijn 8e verjaardag kreeg ik een goocheldoos. De grootste fout die mijn ouders hebben gemaakt? Daarna kocht ik elke goocheldoos die ik vond. In de bibliotheek leende ik alle goochelboeken. Kopiëren was te duur want ik had nog geen zakgeld, dus heb ik alle trucs overgetypt op een oude typemachine... Plaatjes erbij getekend en mijn eigen collectie trucs ontstond.
Op mijn 12e ontdekte ik een goochelwinkel in Haarlem. Vanaf dat moment ging al mijn spaargeld naar 1 winkel... Ik ging elke dag met de trein naar school in Zwolle. Vaak om 18 uur thuis. Toch vond ik tijd om naast huiswerk ook te goochelen. Ik raakte verslaafd.
Toen ontdekte ik de toneelavonden op school. Een hele periode repeteren en dan 4 dagen lang optreden in Odeon. Een heus theater! Auditie gedaan, uiteraard met goocheltruc, gerepeteerd en opgetreden in een echt theater. Die eerste keer was magisch met applaus van 1.000 handen. Ik was verkocht.
Ik wilde acteur worden, maar mijn hobby ontwikkelde zich verder. Al mijn vrije tijd oefende ik goocheltrucs en verzamelde ik instrumentale muziek. Vanaf mijn 16e wist ik wat ik wilde worden: een goochelend entertainer met zijn eigen theatershow: Een show die je zelf bedenkt en uitwerkt. Helaas is 16 nogal jong, dus werd het een plan voor de lange termijn. Eerst het VWO afronden én een vervolgstudie kiezen.
Toneelschool? Uiteindelijk werd het Bedrijfseconomie in Rotterdam. Een boeiende studie met veel dingen waar ik nu plezier van heb. Vooral de kijk die ik op het leven heb gekregen (de Erasmus universiteit heeft haar naam ontleent aan een filosoof die niet voor niets ‘Lof der zotheid’ schreef) en de zakelijke manier om een probleem te analyseren. Die eigenschappen komen mij als goochelaar goed van pas.
Op het platteland kom je met openbaar vervoer niet ver. Dus meteen mijn rijbewijs gehaald toen ik 18 werd. Ik wist dat ik ervaring op moest doen, want veel dingen leer je in de praktijk. Dus gooide ik me voor de leeuwen. In januari 1999 plaatste ik mijn eerste advertentie in de lokale krant. Dat leverde 25 betaalde optredens op in mijn eerste jaar als 'goochelaar'.
Gelukkig vonden mensen het leuk en van het ene feest kwam het andere. Goochelen werd een betaalde hobby: het verdiende geld ging op aan nieuwe trucs, goochelboeken en filmmuziek. Nu kon ik veel meer kennis kopen dan vroeger!
Na mijn studie zag ik een vacature als leraar op het Alfa College. Gesolliciteerd en aangenomen. Binnen 2 weken moest ik starten met leerlingen die bijna net zo oud waren als ikzelf... Gelukkig kon ik meteen een aantekening halen als leraar. Daarna ben ik leraar geweest in Oldenzaal, Zwolle en Meppel. Met heel veel plezier heb ik lesgegeven aan Havo 3-5 en Vwo 3-6. Iedereen kende mij als de leraar die fluitend zijn werk deed. Letterlijk!
Helaas was het niet meer te combineren met goochelen. Ik moest een keus maken: fulltime leraar of fulltime goochelaar. Gelukkig nam ik de sprong in het diepe en ben vanaf 2009 professioneel goochelaar. Het jaar waarin ik ook trouwde met Kirsten.
Ik wilde het theater in met een eigen show. Dus bedacht ik mijn eigen trucs en illusies. Samen met mijn vader bouwde ik ze. Ik kwam steeds met een idee en hij zei: "Dat is onmogelijk." Gelukkig geef ik niet gauw op en een voor een werden de problemen dan opgelost. Net zo lang tot het idee dat ik had bedacht mogelijk was. Met dank aan de technische handigheid van mijn vader!
In 2002 heb ik mijn eerste illusieshow opgevoerd. Geen topper...maar wel veel van geleerd. Door steeds nieuwe dingen uit te proberen ontdekte ik wat bij mij paste. In 2006 heb ik opnieuw een show gebouwd en opgevoerd met een echte danseres: Judith Vork. Deze show begon er al meer op te lijken. In 2010 heb ik nog een keer een illusieshow gebouwd en opgevoerd. Filmpjes kun je hier bekijken.
Ik heb er veel van geleerd:
Het ontwikkelen van een eigen stijl en persoonlijkheid heeft zo'n 10 jaar geduurd. Een zoektocht naar 'waarom' je grappig bent. En onmogelijke ideeën toch vorm proberen te geven. Die zoektocht was alleen mogelijk door als kind inspiratie op te doen van anderen. Als jongetje kon ik André van Duin goed nadoen. Op de een of andere manier is mijn mimiek en stemgebruik hetzelfde. Ik heb jarenlang al zijn conferences en liedjes uit mijn hoofd gekend en voorgedragen.
Een andere inspiratie was David Copperfield. Niet om zijn trucs, maar vanwege zijn muziekgebruik. Ik verzamelde als kind al muziek en toen ik zijn shows op TV zag was ik verkocht: Zoals David Copperfield muziek gebruikte in zijn acts, zo wilde ik dat ook doen. Door goed te kijken én te luisteren heb ik veel geleerd. Nu geef ik zelf veel acts een eigen soundtrack.
Een laatste voorbeeld ontdekte ik eind jaren '90: Mister Bean. In dit fantastische typetje toont Rowan Atkinson hoe je grappig kunt zijn zonder woorden. Jarenlang heb ik dan ook voor de spiegel allerlei 'rare gezichten' geoefend.
Eén duo blijft voor mij het allergrootste voorbeeld: Laurel & Hardy. Dat blijft een inspiratiebron voor de toekomst. Hoe mijn acts er over 10 jaar uitzien? Geen idee. Maar humor zal altijd een groot onderdeel zijn in de show. Zo, nou een dvd kijken van Laurel & Hardy!
Je leert van iedereen. Kijk naar een voorstelling van Cirque du Soleil en je leert wat. Kijk naar Tommy Cooper en je beseft hoe geweldig en divers humor kan zijn. Ook van publiek kun je leren: Reacties verwerk ik in mijn acts zodat ze steeds beter worden. Dat verdient het publiek!
Er zijn 2 mensen in de goochelwereld die mij iets belangrijks hebben geleerd. Allereerst heb ik een workshop gevolgd bij Jeff McBride. Een toneelgoochelaar die veel doet met mime en beweging. In die workshop heb ik veel geleerd, alleen maar door te kijken hoe een professional het doet.
Ook heb ik veel geleerd van Joanie Spina, voormalig choreografe en assistente van David Copperfield. Ze heeft 3 instructievideo's gemaakt met basisprincipes uit de choreografie. Ik had daar nog nooit van gehoord, dus voor mij was dat een openbaring. Ik werd mij ervan bewust wat beweging en dans kunnen doen en sindsdien is mijn kijk daarop niet meer hetzelfde geweest. Dat is de reden dat ik een jaar op 'Moderne Dans' heb gezeten en andere danslessen heb gevolgd.
Bijzonder inspirerend was de korte briefwisseling die ik met haar gehad heb. Ik heb haar bedankt voor de tapes, gezegd wat ik er van vond en wat ik er aan had en ze schreef keurig terug. Ik bedankte haar, deed een aantal suggesties voor een eventueel vervolg (wat ik graag nog zou willen leren) en kreeg vervolgens van haar een setje lecture notes en een gesigneerde foto.
Zoveel vriendelijkheid van iemand die zo aan de top staat is toch een extra stimulans om door te gaan. En ooit nog eens zo aardig te worden als zij is. Helaas is ze al jong overleden.
Er zijn diverse goochelclubs in Nederland. Samen vormen zij de Nederlandse Magische Unie. De NMU organiseert verschillende dagen, wedstrijden en jeugdkampen. Op deze manier houd ik contact met collega's.